© Cor Faber en Ellen Bijma
Laatste onderhoud website december 2023
Franco-aanhangers op Ameland
De
Spaanse
Burgeroorlog
begon
op
18
juli
1936
als
een
opstand
van
het
leger
(soms
wordt
17
juli
aangehouden).
Die
opstand
begon
in
Spaans
Marokko
en
verspreidde
zich
al
snel
naar
het
Spaanse vasteland.
Om
Franco
te
helpen
werden
Moorse
soldaten
(80-85.000)
door
het
Duitsland
van
Hitler
met
vliegtuigen
overgezet
van
Marokko
naar
het
zuiden
van
Spanje.
De
bedoeling
was
om
zo
snel
mogelijk
door
te
stoten
naar
Madrid
en
zo
de
regering
ten
val
te
brengen,
een staatsgreep dus.
Maar
generaal
Franco
besloot
om
eerste
het
Alcázar
in
Toledo,
60
kilometer
te
zuiden
van
Madrid,
te
gaan
ontzetten
(zie
bijzondere
verhalen:
Het
beleg
van
het
Alcázar).
Dat
werd
belegerd
door
milities
uit
met
name
Madrid.
Dat
ontzetten
lukte,
maar
zorgde
er
wel
voor
dat
de
opmars
naar
Madrid
met
drie
weken
vertraagd
werd.
Drie
weken
die
Madrid
gebruikte
om
zijn
verdediging
in
orde
te
brengen
en
zo
de
overwinning
van
Franco
kon
tegenhouden
tot
31
maart
1939.
Met
de
inname
van
Madrid
werd
de
Spaanse
Burgeroorlog
afgesloten
en
begon
de
dictatuur
van
Franco. Die zou duren tot aan zijn overlijden in 1975.
De
gevechten
vonden
weliswaar
plaats
in
Spanje,
maar
het
was
zeker
geen
lokaal
Spaans
gebeuren.
Wereldwijd
waren
allerlei
landen
er
op
de
een
of
andere
manier
bij
betrokken.
Daarbij
moet
je
denken
aan
de
(illegale)
wapenhandel,
maar
ook
het
feit
dat
40-
45.000
vrijwilligers
vanuit
veel
landen
naar
Spanje
gingen
om
te
vechten
tegen
Franco,
de
Internationale
Brigades.
Daaronder
waren
ook
zo’n
650
Nederlanders.
Maar
Nederland
had
ook
op
een
andere
manier
met
die
oorlog
te
maken:
Franco-aanhangers
die
asiel
kregen
in
Nederland
en
onder
andere
op
Ameland
terecht
kwamen.
Spanje
was
in
1936
een
republiek
sinds
1931
en
Madrid
was
een
republikeins
bolwerk.
Toch
waren
er
een
aantal
inwoners
fervente
Franco-aanhangers.
Maar
na
het
uitbreken
van
de
opstand
waren
die
hun
leven
niet
meer
zeker.
Daarvoor
eigenlijk
ook
al
niet,
maar
nu
beslist
niet.
Zo’n
450
van
hen
zochten
hun
toevlucht
tot
diverse
ambassades.
Van
hen
kwamen
er
75
terecht
in
de
Nederlandse
ambassade in Madrid.
Maar
een
ambassade
is
niet
geschikt
voor
bewoning
en
dus
huurde
de
ambassade
een
paar
gebouwen
er
naast
om
de
vluchtelingen
in
onder te brengen.
Dat
kon
natuurlijk
niet
lang
duren
en
dus
werd
besloten
dat
ze
dan
maar
naar
Nederland
moesten
uitwijken
als
asielzoekers.
Ze
werden
op
transport
gezet
naar
de
havenstad
Valencia
aan
de
Middellandse
Zee.
Dat
gebeurde
midden
in
de
nacht
om
te
voorkomen
dat
ze
onderweg
tegengehouden
zouden
worden.
De
vrijgeleide
die
men
kreeg
vanuit
Madrid,
zou
onderweg
naar
Valencia
wel
eens
niet
overal
kunnen
werken.
Men
werd
hier
en
daar
nog
wel
uitgejouwd
wanneer
een
dorp
werd
gepasseerd
en
bewoners daar op de hoogte bleken te zijn van het transport.
Vanuit
Valencia
ging
het
met
de
boot
naar
de
Franse
havenstad
Marseille en vandaar met de trein richting Nederland.
In
Nederland
werden
de
Spanjaarden
ondergebracht
in
o.a.
Den
Haag,
Utrecht
en
Eindhoven.
Ze
mochten
hier
blijven
op
voorwaarde
dat
ze
niet
zouden
proberen
terug
naar
Spanje
te
gaan
en
men
moest
zich
dan
ook
regelmatig
melden
bij
het
politiebureau.
Terugkeren
naar
Spanje
mocht
niet
omdat,
als
die
Spanjaarden
mee
zouden
gaan
vechten,
het
beeld
zou
zijn
dat
Nederland
dus
hulp
verleend
had
en
dus
niet
neutraal
zou
zijn
geweest.
De
Nederlandse
bevolking
keek
ook
wisselend
naar
de
komst
van
die
Spanjaarden.
De
linkse
kant,
de
socialisten
en
communisten,
vonden
het
maar
niets
om
fascisten
toe
te
laten.
De
katholieke
kerk
daarentegen
richtte
een
steuncomité
op
om
ze
op
te
vangen.
De
kerk
zag
ze
niet
als
fascisten,
maar
als
slachtoffers
van
geloofsvervolging.
Franco
wilde
immers
het
katholieke
geloof
in
Spanje in ere herstellen. Althans, zo werd het gebracht.
Geschiedenis
is
tijdloos
en
net
als
tegenwoordig
zijn
asielzoekers
niet
altijd
welkom.
Op
een
aantal
plaatsen
in
Nederland
braken
vechtpartijen
uit
tussen
de
Spanjaarden
en
de
plaatselijke
bevolking.
In
die
gevallen
werd
er
voor
herplaatsing
op
een
andere
lokatie gekozen.
Ondanks
het
verbod
waren
er
een
aantal
Spanjaarden
die
toch
probeerden
terug
te
gaan
naar
Spanje.
De
meesten
daarvan
werden
opgepakt,
soms
zelfs
in
het
buitenland
en
weer
teruggestuurd naar Nederland.
Men
zat
er
een
beetje
mee
in
zijn
maag,
wat
nu?
Besloten
werd
dat
de
vluchtgevaarlijken,
en
dat
waren
bijna
allemaal
vrijgezelle
mannen,
geïnterneerd
zouden
worden
op
Ameland.
De
Waddenzee
vormde
immers
een
natuurlijke
hindernis
die
niet
eenvoudig
genomen
kon
worden.
De
Spanjaarden
werden
onder
andere
onder gebracht in hotel de Boer.
Ook
werden
er
een
aantal
politieagenten
gedetacheerd
op
Ameland.
Onder
hen
was
Hendrik
Alkema
uit
Friesland.
Op
de
foto
hiernaast
staat
hij
samen
met
een
paar
van
die
Spanjaarden.
Onder
die
Spanjaarden
waren
ook
twee
leden
van
het
koninklijk
huis
in
Spanje van het geslacht De Bourbon.
Natuurlijk
werden
er
ook
op
Ameland
plannen
gemaakt
om
te
ontsnappen,
maar
die
verdwenen
al
snel
toen
bleek
dat
die
niet
haalbaar waren.
Op
Ameland
was
een
vakantieoord
van
de
SDAP,
de
socialistische
partij.
Men
maakte
zich
grote
zorgen
of
er
geen
botsingen
zouden
ontstaan
tussen
de
Nederlandse
socialisten
en
de
Spaanse
fascisten. Dat bleek in de praktijk gelukkig mee te vallen.
Over
het
algemeen
was
er
een
gemoedelijke
sfeer
op
het
eiland.
Men
vermaakte
zich
onder
andere
met
voetballen,
pingpong
en
domino
spelen.
De
Amelanders
maakten
zich
niet
zo
druk
over
hun
Spaanse
gasten.
Het
eiland
was
toen
al
een
bekend
toeristische
bestemming
en
bij
toeristen
vraag
je
je
niet
af
wat
de
achtergrond
is, zolang er maar geld aan ze wordt verdiend.
Een
van
de
Spanjaarden,
Pedro,
knoopte
een
relatie
aan
met
een
jongedame,
Riemke.
Uit
die
relatie
werd
een
meisje
geboren,
Annelies.
Toen
de
vader
naar
Spanje
terugging,
heeft
hij
nooit
meer
iets
van
zich
laten
horen.
Annelies
heeft
nog
wel
twee
halfzussen
ontmoet, maar haar vader zelf heeft ze nooit gezien.
Toen
rond
maart
1939
het
duidelijk
was
dat
Franco
de
oorlog
eigenlijk
al
gewonnen
had,
vertrokken
de
Spanjaarden
weer
naar
Spanje.
Voor
de
(Nederlandstalige)
documentaire
van
het
VPRO-
programma Andere Tijden, klik
hier.
Een van de lijsten met namen van
de Spaanse “gasten”
Aankomst in Roosendaal
Hotel de Boer op Ameland
Agent Hendrik Alkema tussen
een paar Spanjaarden
Het verenigingsgebouw
Excelcior van de SDAP
Uiterst rechts Pedro
Spaanse asielzoekers in
Nederland